woensdag 30 april 2014

30 april en wij vieren een koninklijke dag

Toledo, heerlijk 0 kilometer

Als pelgrim kom je vaak via de achterkant het dorp binnen. We zijn op die manier door al of niet verpauperde industrie gebieden gelopen, langs rioolzuiveringen, afvoerkanalen, vuilstortplaatsen, of een nieuwbouwwijk met half afgebouwde huizen die inmiddels worden leeg geroofd op bruikbare onderdelen.








Toldeo is een prachtige stad met een mooie, zij het lange aanlooproute, door prachtig natuurgebied en het laatste stuk met panoramazicht op de stad.Toch kwamen we, vanwege een wegopbreking, binnen via een parkeer garage. Niet echt een koninklijke toegang maar het scheelde ons veel klimmen en leverde ons een prachtig hotel op en een heerlijk rustig terras met uitzicht op de bergtoppen van het achterland met de laatste sneeuwresten. Wat wil een vermoeide pelgrim nog meer?

Wat is een mens toch snel geprogrammeerd. Vanmorgen gewoon om 5.45 wakker maar wel met de gedachte dat we 'vandaag niet hoeven'. Half negen liepen we lekker door de stad te slenteren. 
We wilden een stempel voor ons pelgrimspaspoort halen in de kathedraal. Niets daarvan. Ten eerste gaat ie pas om 10 uur open en een stempel? "In de winkel, señor". Het viel nog mee dat we er niet voor hoefden te betalen. Weinig inspirerend. Zelfs een bar geeft met meer plezier een stempel en de policia local maakt er soms gewoon een soort ceremonie van. ( maar hoor ik hier mijn arrogante prinsjes gedrag? Ik ben wel een echte pelgrim hoor.)



Onder het plaveisel het moeras, de titel van dit boek van A F Th van der Heiden schoot me te binnen bij het zien van dit kunstwerk bij de kathedraal. 

Het toeristentreintje gaat het niet worden. Geïnformeerd naar de route en die is voor de helft exact aan wat we gisteren hebben gelopen, het andere deel hebben we gezien met de bus op weg naar nieuwe schoenen. Het eerste deel van de route staat niet alleen op het netvlies gegrift maar nog meer op de voetzolen. (Maak mij midden in de nacht wakker, vraag hoe Toledo eruitziet, als ik dan over mijn voetzolen wrijf krijg je een levendige beschrijving) Wij dachten dat het treintje door het centrum zou gaan langs alle hoogtepunten zodat we van kerk naar kasteel gereden zouden worden want lopen willen we niet.

Om 11 uur met de bus naar een centro comercial voor nieuwe schoenen. Dat ging zeer voorspoedig (zonde van de vrije dag om te moeten winkelen, volgens mijn winkelgrage partner) Met anderhalf uur waren we weer terug in het hotel met mijn brede lichtgewicht botas de montañas. Trouwens vandaag krijgen we een nieuwe kamer: een grotere, met balkon en met verontschuldigingen voor het ongemak.
Je zou wel een week willen blijven hier.

Na een voortreffelijk menu del dia houden we nu een siësta.(nou eh, ik lig te typen) Liggend op bed bedenk ik me dat we van de stad nauwelijks of niets zien. Is dat erg? 
Ooit heb gelezen dat het een afwaardering is van opera als die wordt gedraaid als achtergrondmuziek tijdens het stofzuigen. Maar is het dan een opwaardering als ik stofzuig en luister naar Iron Maiden?
Rick plaagt me geregeld als ik in Zuecos 's middags binnen op de bank lig te lezen terwijl het buiten zo lekker is in het zonnetje. Ik antwoord dan altijd dat het hét toppunt van decadentie is om een huis in Andalusië te hebben en binnen te zitten.
Alleen al de vrijheid om dat te doen is onbetaalbaar.
Nu, in Toledo, op mijn bed, nagenoeg in de schaduw van het monstrum dat Alcazar heet en de klokken van de kathedraal hoor, geniet ik van de luxe het niet 'moeten' zien maar van de luxe in het verkeren in de nabijheid ervan. Uit mijn raam zie ik slechts een oude muur, een raam met een armoedig gordijn en het geluid van een kinderklasje dat gezamenlijk telt: o-cho, nue-be, diez...... on-ce, do-ce, tre-ce. En dat álles in een decor dat honderden jaren  oud is.



Het is Rick's angst dat als ik een I-phone heb, alleen nog oog daarvoor zal hebben en niet voor het uitzicht op dat moment. Vanmiddag zaten we op het terras. Rick zat wat te soezelen en ik zat al vast wat te blogtekst te typen. En terwijl ik zat te typen was ik me bewust van de prachtige omgeving. Af en toe opkijkend, mezelf gelukkig voelend en dan dan weer verder gaan.
Ik denk dat een mooie omgeving iets kan toevoegen aan je geluk. En uiteraard is schoonheid iets dat jezelf bepaald.
Vorige week in de stierenvechtersarena, met mijn wasje aan een rekje in de arena, een heerlijk geurende acacia op de binnenplaats en kale matrassen was ik net zo happy als vandaag in één van Spanjes mooiste steden en een bed in een prachtig modern hotel.

Met groeten Ton



P.s. Op een terras bestelde ik een biertje. Komt de serveerster met Heineken.(ik had het kunne weten) Bij de bestelling voor een tweede vroeg ik of ze ook ander bier had. Ik kwam tenslotte uit Nederland en wilde liever iets van Spaanse bodem drinken. Ja, hoor antwoordde ze en kwam met een Desperados, gebrouwen in?????? Nederland. Wel heel lekker trouwens.

Geen opmerkingen: