maandag 28 november 2016

Stimuli

Zondag 27 november

Het was voorspeld: de hele dag regen en dat terwijl we een flinke dag van 27 km met veel klimmen voor de boeg hadden. Het werd dus officieel de vijfde ponchodag met meer en langduriger regen dan de eerste vier bij elkaar.

We sliepen heerlijk onder een dik en zwaar dekbed, beiden droomden van ruzie, moeilijk en gedoe. Zeker vanwege de warmte onder die dikke plof.

Om zeven uur op pad. Eerst nog even naar de supermarkt voor koffie en een zoetje om daarna de hangbrug over te gaan. Wat heerlijk om niet om te hoeven lopen of om langs de snelweg te gaan.




De eerste twaalf kilometer ging langs een zeer rustige weg die langzaam maar zeker naar 900 meter steeg. Gelukkig was het koud zodat we niet al te veel oververhit raakten onder onze plastic hulzen. 
Wel hadden we alle mentale mogelijkheden nodig om het goede humeur te behouden.
Wat we dan onder andere tegen elkaar zeggen is dat bij de volgende bocht een bodybuilder staat met koffie, thee en iets lekkers, die onze rugzakken verder draagt en nog wat ondeugende gedachten.
Nou die zien we dus nooit maar ach: hoop doet de gek in vreugde leven.

Ik telde een paar keer tot 1000 en toen ik de tel kwijt raakte kwam dat omdat de gedachten afdwaalden naar Christian Jessen die voorbij de bocht met koffie zou staan. Op dat moment stopte er een auto die van bovenkwam, het raampje ging open en een monnik gaf ons twee chocolaatjes.
Ook leuk en daarmee konden we weer een km verder.

Ook hield ik me bezig met het weghalen van opgehoopte bladeren uit de watergoten. Onbegonnen werk maar het leidt af.
En heerlijk om zonder lichamelijke problemen of vermoeidheid een rugzak van 13 kilo, ja het universum zorgt voor klontering van materie, een berg op te slepen. Dat getrainde lijf draagt er, wat mij betreft, ook aan bij dat de geest gezonde gedachten kan blijven houden.

Waar ik me bewust van begin te worden is dat boosheid ook een mindset-achtig ding is. Vandaag tijdens slechte weersomstandigheden met een tien kilometer lange klim was ik niet uit mijn humeur te slaan. Wel van belang is dan voor mij om de gedachten zuiver te houden. Als ik eenmaal denk : wat is die weg lang, was er nou geen kortere, of een minder steile weg, begeef ik me op hellend vlak. Er lijkt toch echt een moment te zijn waarop ik besluit mezelf op te fokken tot boosheid of in kalmte kan blijven en de dingen eerst te overdenken of te relativeren.

Naarmate we verder naar boven klommen werd het kouder en kouder en steeds grimmiger doordat het mistiger en donkerder werd. 


Zo zag de tempel er vanaf honderd meter uit.

En dan sta je boven in de wind, verkleumd, nat en moet je de rituelen doen. Dus heb je kaarsen nodig en wierook en je boek waar de hartsoetra instaat. Daarvoor moet je de tas hebben die in de rugzak zit. Poncho afpellen, rugzak af, tas pakken, regenjas aan en door de regen naar de tempels. 


Bij de tempels is bijna nooit iets waar je even binnen kan zitten. Dat is meestal geen probleem omdat het droog is, in ons geval in ieder geval maar met dit soort dagen snak je daarna.

We kleumden dus even bij de nokyosho voordat we aan de stevige afdaling begonnen. Ging het luikje open, kregen we vier koekjes en mochten we binnenkomen en opwarmen bij de kachel. 

We kregen nog wel discussie om met de kabelbaan naar beneden te gaan vanwege het slechte weer en de stijle afdaling maar besloten uiteindelijk om toch te gaan lopen.
Dat werd beloond met het stoppen van de regen en toen we beneden waren bij het grondstation van de kabelbaan met een udon restaurant waar we heerlijk konden doorwarmen.


Ik wil nog wel wat bijstellen. Japan is erg netjes en er ligt weinig rommel op straat. In het buitengebied is het wat minder en wordt er ook best wel het een en ander uit auto's gegooid of gewoon op straat gesmeten.
Schoon? Voor het oog ziet het er keurig uit maar op hotelkamers ligt veelal zeer vlekkerige vloerbedekking en ligt er veel stof op randjes die ik wel maar de Japanner niet ziet. Vorige week waste ik de lakenzakken uit de slaapzak en legde die over zo'n gigantisch tv scherm om te drogen. De volgende morgen bij het weghalen zaten er grote stofproppen aangeplakt.

Dit zijn een paar foto's uit het udon restaurant. Kijk dan naar de koelkastdeuren en het handdoekje bij de wastafel.



De laatste zeven kilometers waren niet zo interessant, bleef het miezeren en viel het donker vroeg in. We moesten nog wel even zoeken voordat we de minshuku gevonden hadden.
Maar inmiddels zitten we in een grote kamer, zijn we in bad geweest, zit de was in de machine, zijn de schoenen drooggedept en heb ik de zooltjes in de droger gestopt. Dat laatste is waarschijnlijk niet de bedoeling maar ik vond dat het doel de middelen wel heiligde.

Er is een Amerikaans pelgrim waar we na de maaltijd even mee gaan socializen.

Met groeten Ton

Toneel spelen zonder tekst

Zaterdag 26 november


Wat hebben wij heerlijk liggen knorren.

Een dag klimmen is al voldoende voor een goede nachtrust maar een gezamenlijk diner met Japanners kostte een overdosis aan energie en liet ons in een diepe, comateuze slaap zakken.
Het was heel leuk zo samen te eten maar de conversatie vroeg wel  het een en ander. 
Ongeveer zoals toneelspelen zonder tekst meer energie kost dan met tekst.

We merkten ook dat er op ons gelet werd. Dus werd ik onzeker en viel er van alles van mijn eetstokjes, schopte  ik onder tafel tegen de persoon aan die tegenover mij zat omdat ik met mijn knie niet in kleermakerszit kan, kreeg ik een vermoeide rug van het zitten zonder ruggesteun en durfde ik mijn knie niet boven tafel uit te laten steken in de veronderstelling dat dat wellicht onbeleefd zou zijn. 
Slurpen en smakken mag wel want dat werd met veel genoegen luidruchtig gedaan en met je eetstokjes de rijst vanuit de kommetje je mond inschuiven mag dus ook.

Vanmorgen klonk de reveille om half zes want ontbijt werd om zes uur geserveerd.
Ook het ontbijt was prachtig om te zien met allerlei kleine beetjes voedsel in leuke en mooie schaaltjes. 
Er zaten o.a kleine gefermenteerde boontjes bij, daar doe je wat sojasauce bij en wat wasabi en dat moet je vervolgens snel, en volgens de eigenaresse 50 keer, roeren. Het werd schuimig en kreeg taaie slijmerige draden. Niet smakelijk om te zien maar ik vond het wel lekker. Smaakte een beetje naar schimmelkaas.
En ook nu zat iedereen te kijken wat die buitenlanders er van vonden.
Meteen nadat het eten op was werd er afgerekend en kreeg iedereen zijn lunchpakketje mee.

Na het ontbijt hoefden we niet meteen weg en dat was maar goed ook want wat was het koud en mistig. (later zagen we een digitaal bord dat 7 graden aangaf) We bleven nog een half uurtje lekker met het kacheltje aan op de kamer.
Dat we vertrokken wilde een van de gasten nog wel een foto van ons, samen met de eigenaar van de minsuku. De eigenaar liep met ons mee de straat op. 
Ik denk dat we nog wat aanwijzingen krijgen, zei ik tegen Rick. 
Daarop maakte hij een grapje door naar mij te wijzen om naar links te gaan terwijl alle pijlen naar rechts wezen.
Nee gebaarde de man, naar rechts. Totdat hij merkte dat het een grapje was en kregen we een vette lach en schudde hij ons de hand.
We moesten verschillende keren omkijken en zwaaien want de man bleef staan kijken tot we de bocht om uit het zicht verdwenen.

De eerste 8 kilometers van de minshuku tot ons hotel voor komende nacht, liepen we nog langs de drukke weg. In het hotel mochten we al op onze kamer en konden er onze rugzakken neerzetten om zonder bagage verder naar bekakku 15 te gaan.
Vanuit onze kamer keken we op de rivier waar een mooie hangbrug te zien was.
He, da's bijzonder. Juist omdat gisteren tijdens het diner iedereen zich met onze dagmars van zondag bezighield waarvan werd gezegd dat we een heel stuk zouden moeten omlopen omdat er bij het door ons gereserveerde hotel geen brug was om de rivier over te steken.


Nadat we hadden ingecheckt nog een paar kilometer langs de drukke weg, waar gelukkig wel een Lawson zat voor koffie en een zoetje. Daarna op een secundaire weg naar het grondstation voor de kabelbaan naar tempel 15 naar het begin van het pad.


Even a view from a bridge om het brede dal te laten zien.

Volgens een monnik die we gisteren spraken had tempel 15 iets te maken met Pinokkio. Wij maakten er uit op dat de naam van de tempel werd gebruikt voor leugenaars die zeiden naar de tempel te zijn geklommen maar stiekum toch met de gondel zijn gegaan.


In de hoofd tempel werd duidelijk dat het te maken had met deze afbeelding.

Wonderlijk. 
We klommen via een goed begaanbaar maar steil pad omhoog dat ergens halverwege de kabelbaan zou kruisen.. Toen we dat punt bereikten waren we ook meteen bij de tempelpoort.
Dat ging snel, riepen we beiden, zeker een foutje in het boek.
We besloten om even een pauze te nemen en wat te proeven van de vier o-settai snoepdingen die we gisteravond kregen. Nee, dat vonden we niet lekker maar weggooien mag niet.
Zal ik de overige drie als o-settai weggeven aan de eerste drie pelgrims die langskomen, stelde ik voor.
Het was een echtpaar op leeftijd samen met hun zoon en ze leken oprecht blij verrast.


Daarna bogen we bij de poort en zagen toen deze brede allee opdoemen.


Vanaf dit punt was het nog minstens 150 meter hoger tot we bij de uiteindelijke tempel waren. 
Wat een groot complex, met grandeur en dat zo hoog in de bergen.
Het lijkt wel of we in een film zitten van Indiana Jones, zei Rick nadat we nog weer een serie trappen omhoog gingen.


Toen we de eerste gebouwen zagen, zochten we de grote bel en de hondo maar die konden we niet vinden. Wel zagen we het stempel kantoor waar een monnik zat en die zei: de hondo ligt hoger. We kregen een plattegrond en ja hoor: nog 240 treden te gaan.
Kunt u meteen ons boek stempelen, vroeg Rick aan de monnik.
Nee eerst moesten we de gebeden doen en zo hoort het ook. Het is tenslotte de 88 tempelroute en niet de 88 stempelroute.
Eenmaal weer terug bij de monnik kregen we twee blikjes koffie.


In het complex zijn beelden en zand van alle 88 tempels bijeengebracht zodat je in een dag de hele pelgrimsroute kunt afleggen.


Deze man was een soort ballet aan het doen, of thai chi of capueira.

Weer beneden aangekomen aten we onze gekregen lunch op. Daarna de 5 kilometer terug naar ons hotel waar de verwarming aanstaat, we lekker hebben gebadderd en rozig op bed liggen.

Met groeten Ton

Wat we wensten.

Tempel bekakku 15 Hashikuraji

Respect tonen voor iedereen.

vrijdag 25 november 2016

Kerrie derrie

Vroeg op vanmorgen want er stonden niet alleen 32 kilometers op het programma maar ook nog eens 1200 hoogte meters.

Het zonnetje liet het afweten en dan lijkt de papierfabriek nog troostelozer dan dat ie  in werkelijkheid is.

We kregen van het hotel een lekkere onigiri mee voor onderweg. Het was trouwens een drukte van belang zo vroeg want het hotel zat toch behoorlijk vol met werkvolk. Gezien de amicale omgang met het personeel denk ik dat veel van de gasten er regelmatig verblijven.


Wij namen ontbijt in de Lawson. Zo'n handig supermarktje met allerlei snelle calorieën voor de gehaaste mens. Wel met heerlijke koffie en chocolade croissants. Het is dus geen voedsel, maar we lopen er goed op. Omdat we voor de rest van de dag onderweg niet zo veel gelegenheden zouden tegenkomen namen we ook nog twee ronde, bolle broodjes mee, een zak chips en twee bananen.

Na een paar kilometer kwamen we dit zitje voor pelgrims tegen


We wandelden door een mooie omgeving en de steiging liep rustig op.

De eerste tempel (65) was na een kilometer of vijf en omdat ze toch allemaal wel een beetje op elkaar lijken heb ik maar een bebladerde trap op de foto gezet.


Daarna gaan de meeste pelgrims door naar tempel 66 maar omdat wij de bekaku's ook doen, moesten we de bergkam over naar tempel 13 om daarna via een ander dal weer terug te lopen.
Het was een stevige klim naar 785 meter. De monnik van tempel 65 waarschuwde ons voor 'a dangerous trail'. Maar wat is het gevaar, wilde ik weten.
Slippery, was het antwoord.
Dat gevaar durfde we wel te nemen.
Zo'n kilometer voor de tempel gaat het pad echt steil naar beneden en ondanks dat het niet had geregend gliste Rick toch onderuit. Mazzel is dat je door het gewicht van de rugzak, op je rug valt en dan val je zacht. Wel ben je dan weer even heel alert.

De tempel lag op een werkelijk bijzondere plek. In een kom, bij een kabbelende beek, tussen hoge oude bomen. Ik vond het prachtig. Ook was er alleen een hondo, een hoofdtempel, en geen Daishi-do, een speciale tempel voor Kobo-daishi, maar daar kwamen we later achter.


We waren de enigen en konden de plek om te bidden helemaal niet vinden. We gingen het gebouw in, liepen door lange gangen maar zagen niets. Dan maar weer naar buiten. Inmiddels was er een vrouw gekomen en die vertelde dat er in het gebouw een hondo was. Toen kwamen we ook de monnik tegen die ons mee nam.
Het was ook de eerste tempel waar de schoenen uit moesten en we slippers kregen.


Dit is in de tempel.


Nadat we het complex hadden verlaten liepen we langs de rivier waar beslist dammen inzitten gezien de breedte. Het leek dus ook meer op een stuwmeer en omdat er geen wind was spiegelde de wolken prachtig op het oppervlak.

Vervolgens langs de rivier lopen met een milde stijging die vier km aanhield om daarna weer langzaam te zakken naar tempel bekakku 14.
Daar maakten we gebruik van het toilet en het uitzicht wil ik niet voor mezelf houden maar al plassend had ik toch weinig gevoel van privacy.


De volgende tien km waren niet verkeerd maar uiteindelijk ben je blij als je op je slaapplek bent.
De thee stomd klaar en het petroleum kacheltje brandde.. Dat is wel nodig want het was maar zeven graden buiten.


Na een half uurtje werden we geroepen dat de ofuro klaar stond, dat is het hete bad.
Het is heerlijk zo'n bad maar het heeft de maat voor de gemiddelde Japanner dus toen ik er instapte stroomde het water nog net niet over de rand. Omdat ik mijn knie niet goed kan buigen en het bad zo klein is hing ik mijn rechterbeen maar over de rand.


Omdat onze Japanse vriend deze minsuku had gereserveerd is er vergeten te zeggen dat we niet zo van vis houden.
Nou, dat komt wel goed hoor, zei ik, ze eten echt niet elke dag vis.
Deze dag in ieder geval wel.
Soep met schelpdieren, rauwe vis en gestoomde vis. Rick keek me ongelukkig aan. 
De hamburger die er ook bij zat wilde hij graag omruilen voor zijn vis.
Gelukkig zag een medepelgrim dat en gaf haar hamburger aan Rick.
Dus had ik een dubbele portie rauwe vis, joepie, en twee kommen met schelpensoep. En ik moet niet zeuren want het was gewoon lekker. Het geen vis lusten zit dus ook alleen maar tussen mijn oren.


Toen iedereen had gegeten kregen we instructie door de eigenaar van de minshuku voor de volgende wandeldag. Iedereen luisterde aandachtig en we kregen ook een A4 mee met de route.

Onze vriend kwam nog even onze route doornemen want wij hebben morgen opnieuw een extra wandeling voor bekakku 15.


Het bolle broodje van de Lawson aten we op zo rond een uur of twaalf. We hadden echt zin een lekker zoetje. Zat er een vulling in van een of ander kerrie snotje.

Met groeten Ton

Wat we wensten.

Tempel 65 Sankakuji
Dat de zon weer gaat schijnen want dat mag wel weer

Tempel bekakku 13 Senryuji
Voor steun om op het pad van positieve bijdrage te blijven 


Tempel bekakku 14 Tsubakido
Voor een gezonde geest in een gezond lichaam

donderdag 24 november 2016

Nederlands daggie, zullen we maar zeggen

Dit bericht kreeg ik van Ecomare over de ingeleverde fossiele botten.


Beste Ton van der Molen,

Bedankt voor de set botten! Ik heb nog wat aanvullende determinaties:
Het bot linksonder is volgens mij een stuk atlas van een beloega. Dat is echt een bijzondere vondst! Botten van zeezoogdieren uit de ijstijd zijn vrij zeldzaam. 

Vriendelijke groeten van Arthur Oosterbaan
Conservator van Ecomare

Altijd leuk als je iets bijzonders hebt gevonden. Ik moet wel zeggen dat ik steeds dacht: wat een raar lelijk bot is dat.

Bij het openschuiven van de gordijnen zag het er wederom wat bewolkt uit. Gelukkig was het minder koud dus konden we in ons fleecetrui de deur uit.
Het weer vroeg wel om afleiding door te kijken naar kleine dingen.
Zo zag ik deze slinger met harten.


En deze typisch Japanse stripachtige figuren.



Aardbeving?


Ze zijn verzot op Nijntje hier.


Zelfs de wolken zijn mooi en de mistslierten mogen er ook zijn.


Maar uiteindelijk werd het toch gewoon officieel ponchodag vier.


En soms regende het te hard en schuilden we onder een afdak. Zo ook bij een werkplaats. Een paar mannen stonden buiten te roken maar zeiden niets en gingen nadat hun sigaretje op was naar binnen. Twee tellen later kwam er een mevrouw. Meteen binnenkomen, gebaarde ze. We kregen koffie en thee, de verwarming ging aan en er werd iemand gehaald die Engels sprak, we denken dat dat de baas was en hadden een leuk gesprek. 
We zeiden dat we Kobo Daishi vroegen om mooi weer.
Hij lachte wat schamper en zei dat ie daar toch echt niet in geloofde. Keek op zijn Iphone naar het weer en zei dat het de hele dag wel zou regenen.
Nadat we een kwartier later weggingen was het droog.

Niet dat het droog bleef maar wij waren van binnen helemaal warm. Zo kregen we van deze man beiden drie mandarijnen. Het was zo'n aardige baas, keek je met heldere blije ogen aan terwijl hij maar Japans bleef praten. Zo jammer dat je elkaar dan niet verstaat.





In de tempel kwamen we dezelfde pelgrim weer tegen die we eerder ook zagen. We hadden nu wat meer contact. Hij wilde weten waar we vanavond en morgen zouden slapen en hoe we dat gingen doen met die bekakku tempel. Vervolgens bood hij aan om voor morgenavond een minshuku te reserveren en dat deed ie ook. 

We kregen ook een zakje met zoete aardappelstaafjes als o-settai. We gaven hem een mandarijn.


De opklaringen bleven heel plagerig net boven zee hangen.


Maar uiteindelijk werd het toch weer zonnig en hadden we een Nederlandse wolkenlucht boven deze stolpachtige woning. Dit huis zou in de polder niet misstaan.


De zee is altijd dichtbij.


En in dit klimaat zie je prachtige roestplekken. Deze op een lantaarnpaal.


We zitten in hotel Mild, uitgesproken als: Mairdo. Heel wonderlijk voor een volk dat geen R kan zeggen.

Echt Japans: in de lift een spiegel met daar onder tandenstokers en wattenstaafjes.


Ik zit nu de blog te typen in de lobby want alleen daar is internet. Eerst hoorde ik het niet omdat het eigenlijk zo gewoon is maar ineens: ik hoor Nederlands op de radio. Staat Skyradio aan.

Met groeten Ton

Wat we wensten vandaag.

Tempel bekakku 12 Enmeiji

Voor een lang en gelukkig leven in deze straat.
Voor het in goede harmonie afronden van een scheiding en een nieuwe start.
Voor een goede uitslag


woensdag 23 november 2016

Brrrrrrr. Ik had er de kracht niet meer voor

Was het gisteren voornamelijk warm en zonnig, dit is wat we vanmorgen zagen toen we het hotel uitstapten.


Wel een verschilletje van eegraad of tien. De fleecevesten moesten echt wel aan en dat terwijl er zon verwacht werd. 
Oei, zei mijn Pelleboer, misschien moet ik de verwachting van Takamatsu gaan bekijken. Inderdaad verwachtten zij kou en bewolking vandaag. De lang verwachte Mongolische wind is blijkbaar aangekomen.

Ook vandaag doen we maar een kleine afstand. Als we in de zenkonyado kunnen slapen is het maar 17 kilometer.

We beginnen bij tempel 62. Daar waren al wat pelgrims. 
We vragen ons af waar iedereen is. We hebben al meer dan twee weken geen buitenlandse pelgrim meer gezien.
We lopen ook te weinig kilometers per dag, zei Rick.
Ja, dat mag dan wel zo wezen maar dan zouden ze ons moeten inhalen maar we zien er niet een.


En ook vandaag kwamen we slechts een paar Japanse henro tegen.
Wel leuk is dat een henro ons groette, we groette hem terug en toen zei hij: you do also bekakku.
We hadden elkaar dus eerder gesproken maar hem niet herkend.

Wie ik wel herkende was de man die buitenlanders spaart. Hij riep ons met O-settai.
Ik herkende hem meteen en had er geen zin in maar Rick zei, als ie O-settai aanbiedt dan mag ie dat doen.
Toen hij ons herkende kregen we een evengoed mandarijn.

Tempel 63


Tempel 64
Bij 64 moet ik altijd aan de Beatlles denken met hun lied: When I'm 64. De tekst vind ik aandoenlijk.


Vond het complex mooi en we zongen de hartsoetra bijna perfect samen ook al hadden we vlak van te voren een irritatie over het aansteken van de kaarsen. Ach, je kan over alles geirriteerd raken en het gaat over niets. We vinden elkaar nog steeds leuk.

Na deze tempel nog zo'n 10 kilometer te gaan. Inmiddels hebben we dan wel de pocho's aan omdat het echt te koud is in de fleecetruien en er ook een miezertje in de lucht zit. Dat miezertje bleef bij een paar spettertjes maar ik heb mijn poncho wel een uur aangehouden zonder echt warm te worden. Zal wel komen omdat inmiddel al het overtollig lichaamsvet is verdwenen.

Al weken denk ik: moet eens een foto maken van die drogende kakies. Wat me daarbij opvalt is dat ze altijd zo keurig geordend hangen en mooi zijn aangebonden. Bij mij zou het er minder keurig uitzien maar ik ben dan ook van 20 % van de energie gaat in 80 % van het resultaat zitten.


We lopen vaak door dit soort straatjes. De wegen zijn er smal en meestal zijn aan twee zijden watergoten die zijn afgedekt met betonnen deksels. Als er auto's aankomen lopen we op de betonnen deksels om niemand te hinderen. Sowieso rijden auto's heel langzaam als ze je inhalen en soms halen ze je helemaal niet in en blijven ze achter je rijden.


We kwamen ook nog door deze overdekte winkelstraat. Gaf een beetje een bevreemdend gevoel omdat er wel muziek uit de luisprekers kwam maar alle winkels gesloten waren.
Het gevoel overvalt me wel vaker en ook hier had ik sterker het gevoel in China te zijn dan in Japan.


Als we bij de zenkonyado aankomen zitter er al twee Japanse henro. Aardige mannen die ons vertellen waar we kunnen slapen en waar de toiletten zijn e.d. Als we zijn rondgeleid en even op een stoel ga zitten word het mij duidelijk: dit ga ik niet trekken. Het is een open ruimte, oud en primitief maar bovenal koud, koud, koud. Dat komt omdat het buiten koud is en wat gaan we hier doen vanaf half vier totdat we gaan slapen?
Ik kijk Rick aan en zeg dat ik hier de kracht niet voor heb. Als het zonnig zou zijn of 35 graden, wat het hier in de zomer makkelijk kan zijn, zou ik het geen probleem vinden maar ook in Nederland ga ik met mijn gezonde verstand niet in 10 graden in een open ruimte rondhangen.

We gaan dus nog drie km verder en dan maakt Rick zijn eerste hotelreservering in hoog Japans. Als we in het hotel aankomen blijkt de reservering ook nog succesvol te zijn want de receptioniste wist dat we er aankwamen en had de formulieren met Rick- san al klaarliggen.
Als we zijn ingecheked en wat later een paar boodschappen gaan doen lijkt het wel of we in een wintersport gebied zitten. Bergen in de mist, van dat waterkou in de lucht en de staalgrijze kleur van de invallende avond.


Inmiddels hebben we instant chocolademelk op, een zak chips, een reep chocolade en hebben we voor later nog yoghurt en banaan. 

Met groeten Ton

Wat we wensten vandaag.

Tempel 62 Hōjuji
In herinnering voor mijn zus

Tempel 63 Kichijōji
Een prettige wandeldag

Tempel 64 Maegamiji
Een wonder voor Chris H

dinsdag 22 november 2016

Hij valt wat uit de toon.

Van een aardbeving niets gemerkt hier.

Omdat we gisteren al een rondje Bekakkutempels hebben gedaan mochten we vandaag een stukje met de trein. We zijn niet roomser dan de paus en hoeven dus niet tweemaal heltzelfde, in dit geval ook nog saaie, stuk te lopen.


In de wachtruimte lagen deze lekkere kussen op de banken. En ze blijven niet alleen keurig liggen, ze zien er ook netjes uit. 
Wat we niet zien is grafity, wat mij betreft geen gemis overigens.

Het is prachtig weer, helder en zonnig. Het is zo'n warme september dag die je in Nederland nog kan hebben en hier is het gewoon 22 november en de bomen zitten in een prachtige herfsttooi.
De eerste twee weken dat we hier waren was het nog warm en benauwd. Daarna werd het een stuk minder benauwd maar bleven de temperaturen zo rond de 25 graden. Vervolgens hebben we een paar keer lagere temperaturen gehad waarbij juist de nachten heel koud waren. Dit is deels te wijten aan de hoogte waarop we toen waren. De laatste dagen is het weer warm en wat benauwd waarmee de muggen ook weer terug lijken te zijn. Volgens de verwachtingen komt er over een paar dagen wel koude Mongolische lucht deze kant op waarbij het wel zonnig blijft.


Ergens in deze bergen moet ie liggen: tempel 60 op 740 meter hoogte. 
Of ik had me goed ingesteld op de klim of ik ben inmiddels zo goed getraind of ik heb ik iets doorbroken of het had te maken met de tweede wandelstok maar het was een heerlijk relaxte wandeling.
De eerste zeven kilometer ging over de weg waar bijna geen hond overheen rijdt. Aan het einde van de weg begint het pad dat sterk stijgt. Er is een parkeerplaats met een rusthut en een paraplubak waarin afgedankte / vergeten wandelstokken staan. Omdat ik bij stijgen en dalen regelmatig ook Rick's wandelstok gebruik besloot ik om een stok uit de bak mee te nemen. Helemaal blij mee.


Waar wij in Nederland vechten tegen de zee hebben ze hier strijd met de bergen: die willen naar beneden, instorten, afbrokkelen en verschuiven. 
Wel leuk dat ze bij het maken van dit soort bouwwerken de beeldjes niet verplaatsen maar er in opnemen


Wandelen langs kabbelende beekjes.


Met mooie lichtstrepen.


En bijna allemaal hebben ze een eigen gezichtsuitdrukking.


We zaten zo hoog dat het wat mistig werd.


Afdalen gaat altijd makkelijker en daardoor kan je meer genieten van de omgeving.


Als we weer laag bij de grond zijn bidden we ook in tempel 61. Een wonderlijk ietwat uit de toon vallend communistisch bouwsel. Was Ceausescu hier? 
Omdat dit een tempel is waar de monnik geholpen zou hebben bij de geboorte van een gezond kind wensten we iedereen die zwanger is een goede zwangerschap en een gezond kind toe.


Nu genieten we volop van de hotel luxe: bedden, internet, hete douche, wasmachine, stoeltjes, yukata, thee en koekjes. Maar ook van de 'gewone' maat van de dingen. Sommige van de gratis slaapplaatsen zijn best wel krap, tel daarbij op dat deuren 180 centimeter zijn, lampenlaag hangen, bedden kort zijn. Stapelbedden dicht boven elkaar zitten en er vaak opstapjes zijn, dan kan je je voorstelen dat je meer dan regelmatig iets stoot of dat je klem zit, zeker als je binnenkomt of weggaat met je rugzak om waarbij ik me dan ook nog eens lomp en onbeholpen voel.


Met groeten Ton

Wat we vandaag wensten.

Tempel 60 Yokomineji
Finaciele onafhankelijkheid door een prijs in de staatsloterij

Temepel 61 Koonji

Voor een einde aan de zwarte pieten discussie: hij moet blijven