woensdag 21 februari 2018

Vervolg

Oei, wellicht was het vorige blog beetje kort door de bocht en had het wat meer inleiding nodig.

Bij deze en wellicht is het dan goed om de vorige blog nog eens te lezen. En.... woorden zullen nooit volledig en toereikend zijn om ervaringen als deze te beschrijven 

In eerdere blogs heb ik het seksueel misbruik al een paar keer genoemd, o.a. naar aanleiding van het misbruik in de kerk. 

Volgens mij heb ik een normale jeugd gehad ondanks dat misbruik want dat was diep weggestopt. 25 Jaar geleden naar aanleiding van de uitspraak van mijn belager “Dat heb je met dat soort”, waarmee hij homoseksuelen bedoelde, ging de zorgvuldig gesloten doos van Pandora open. Het raakte mij bijzonder diep: hoe durf je dat te zeggen? dacht ik. Wat heb je zelf allemaal niet uitgespookt met me, je bent zelf een stiekeme flikker en durft daar niet voor uit te komen.
En natuurlijk kon ik er in het begin niemand iets over zeggen. Pas later, nadat ik steeds verder overspannen raakte, mijn toenmalige relatie verknoeide en in de ziektewet terecht kwam moest het vuil eruit. 
Twee jaar lang heb ik psychische hulp gehad waar ik zeer veel aan heb gehad en kreeg ik een relatie met Rick.
In die periode heb ik mijn belager geconfronteerd met zijn gedrag. Hij vond het oprecht vreselijk wat hij me had aangedaan. “Natuurlijk wist ik indertijd dat ik dingen deed die niet mochten maar ik heb nooit bevroed wat dat met je zou doen. Later heb ik er wel aan gedacht als ik er in de krant over las maar je gaf nooit signalen af dat je er last van had en ik was te laf om er alsnog naar te vragen”.

Hoewel ik tevreden was met zijn reactie, stond ik erop dat hij het mijn ouders zou gaan vertellen. Het was iemand uit het sociale netwerk van mijn ouders.
Hij heeft dit inderdaad gedaan.

Voor mijn ouders was dit natuurlijk ook een vreselijke schok want ze hebben echt niet geweten wat er met me gebeurde. Mijn vader reageerde door zijn excuses aan te bieden “Ik heb gefaald als vader door je niet voldoende beschermd te hebben”.

Het doorlopen van zo’n trauma opruimproject is, eufemistisch gezegd, niet leuk. Maar het niet doorlopen van het traject zou uiteindelijk mijn leven hebben vergald.

Goed. Nu is het trauma wel weg maar dat wil niet zeggen dat de gevolgen ook meteen weg zijn.
Met boosheid heb ik moeite, met overheersing in welke vorm dan ook, met onrecht maar ook met de doodstraf. Ook sluit ik me bij onprettige situaties volledig af, ook van anderen, omdat ik niets wil voelen.

Ik vind het belangrijk om bewust te leven. Waarom doe ik wat ik doe? Waarom handel ik zoals ik handel? Juist in relaties met anderen is dit zo belangrijk. Want mijn gedrag bepaalt hoe anderen op mij reageren en mijn gedrag is door het misbruik, laat ik het voorzichtig zeggen, nogal beïnvloed.

Ik zeg geregeld dat de seksuele handelingen niet zozeer mijn trauma hebben gegeven maar het feit dat ik er niet over mocht praten. ( en je kan het nooit los zien) Ik begreep het niet, waarom doet ie zo raar, dit is toch niet leuk, dit mag toch niet, waarom doet hij dit? 

Mijn overleden zus vertelde me eens dat ik altijd een normaal vrolijk rustig kind was maar dat dat opeens veranderde. Ik werd heel boos als ik mijn zin niet kreeg, schopte tegen deuren, ging liggen krijsen op de vloer, wilde niet meer naar de kleuterschool.

Als er aan mij wordt gevraagd waarom ik niet naar horrorfilms wil kijken of waarom heb je toch altijd  last met je chefs? Dan kan ik natuurlijk altijd standaard roepen: dat komt vanwege het misbruik. Want daar omheen is tenslotte al mijn ‘gedrag’ gevormd. Maar zo’n algemeenheid werkt niet goed als ik expliciet iets wil opruimen zoals boosheid. Het is van belang dat ik dan eigenlijk terug ga naar mijn vroegste herinnering waar die boosheid zich manifesteerde of is ontstaan. Voorwaar niet leuk om terug te gaan naar momenten en herinneringen waar je gewoonweg niet naar terug wilt gaan.

Tijdens de wandeling in Japan wilde ik dus mijn boosheid aanpakken. Het heeft me wel geholpen om te zien dat het had te maken met falen maar verder niet. Pas een paar weken geleden viel dus het kwartje. Dat kwartje kon ook vallen doordat ik in Japan het voorwerk had gedaan.
Wat was de eerste keer dat ik faalde? Juist: daar tussen die knieën.

Belangrijk om te weten dat mijn boosheid met falen over het inrijgen van een naaimachine of het aansluiten van een kraan geen enkele relatie heeft met het falen als vijfjarig kind. Ik kan dit nu gaan zien als separate gebeurtenissen en zodoende de zware lading die ik er als vijfjarig kind aan heb gegeven er niet langer aan hoef toe te voegen.

Wat het lastig maakt is dat het toevoegen van de lading een reflex is geworden omdat ik dat al 55 jaar doe. Daarom maken Rick en ik afspraken over wat hij tegen mij kan zeggen op het moment dat ik tóch weer in de beladen boosheid schiet. 
Zeggen dat ik niet zo boos moet worden helpt dan niet. Twee armen om me heen helpen, of de vraag: waar ben je nu?

Ik begrijp dat ieder mens anders gereageerd op een trauma en dat een ieder er op eigen wijze met leert omgaan. 

Voor mij werkt deze manier.

Voor een luchtige afsluiting.



Zaden van de Strelitzia augusta. Zijn ze niet paradijselijk met dat oranje pluimpje?


Met groeten Ton






3 opmerkingen:

Marthy zei

Jouw heling is misschien al ingezet in Japan en gaat nog steeds door. Zie het als een Camino, iedere stap is er één.

Emie zei

Alweer zo goed verwoord, Ton. En dan zo'n luchtig laatste zinnetje; geniaal.

schrijfselsvanmij zei

Mooi verwoord!
Mijn vader vertelde wel eens dat hij moest vluchten voor grijpgrage handen als hij weer eens in het nabijgelegen klooster was. Of hij ooit is misbruikt weet ik niet, daarover heeft hij nooit iets gezegd. Hij werd gedwongen opgenomen op een gesloten afdeling (Alzheimer), daar kon hij enorm boos en zelfs agressief worden tijdens de (lichamelijke) verzorging. Dat is voor ons, zijn kinderen, een teken aan de wand.