Gisteravond, ik loop een laatste rondje over het estate. Trek nog ergens een vuiltje uit, leg een slangetje goed van het watersysteem en loop het grind op.
Wat is dat? Wat zijn die bruine dingen?
Angst slaat om mijn hart. Het zijn tocht niet? Jawel hoor. Een stuk of vijf dode Picudos rojos. Die kevers die hun eitjes leggen in het hart van palmen.
Shit denk ik, ik heb toch van die lokstoffen staan. Waarom zitten die krengen daar niet.
Vervolgens kijk ik echt goed en zie ik bij de boom wat bewegen: een levende kever.
Doodtrappen lukt bijna niet op het grind dus loop ik naar de werkkast om een hamer te pakken maar zie in de haast alleen een schaar. Dan die maar.
Ik ren terug en inmiddels zit het beest tussen de schubben van de palm.
Ik steek de schaar er tussen en knip het beest doormidden.
Geen fraai werkje maar kom niet aan mijn palm.
Nou, uh, eigenlijk zijn het Ricks palmen.
Maar ze staan er tien jaar en en ook ik doe er alles aan om ze te behouden vandaar die lokstoffen.
Het vermoorde beest heeft nog zijn snuit en oranje voelsprieten.
En zoals het gewoon is in de natuur: niets wordt verspild.
De kadavers zijn aan een lugubere laatste reis begonnen en worden door de mieren met tomeloze inzet versleept.
Met groeten Ton