dinsdag 13 december 2016

Koyasan

Maandag 12 december

Een hartelijk afscheid kregen we van de mannen van hotel Avanti.

Om half zeven op pad om de bus naar de haven te nemen. Altijd even zoeken maar met hulp werd het verschil tussen expres- locale- en stadsbussen duidelijk.
Het was koud maar helder weer en nadat we om acht uur op de boot stonden wilden we lekker op het dek in de zon zitten. 
Oeps, dat ging niet. Overal waar je buiten mocht komen was het overdekt. Dus dan maar eerst binnen zitten. Nadat de boot was vertrokken werden alsnog de kettingen weggehaald zodat we op het bovendek konden zitten. Dat was jammer genoeg geen lang leven beschoren want het werd al snel bewolkt.


In de salon stonden niet alleen tafels en stoelen maar ook lig/slaapstoelen en een apart deel waar je je schoenen moest uitdoen zodat je daar op de grond kon zitten en liggen. Behoorlijk wat Japanners maakten daar gebruik van. Voor ons een wat wonderlijk gezicht die liggende mensen.

Vervolgens van tien tot twee in de verschillende treinen gezeten die nagenoeg de hele tijd door dicht bebouwd gebied reden. Pas het laatste stuk gingen we door de bergen met prachtig uitzicht op herfstgekleurde bomen. Hetzelfde als we de afgelopen maanden hebben gezien maar nu was het wel heel lekker om al dat moois aan je voorbij te zien trekken zonder dat het moeite kost.
Op de bergen die wat hoger zijn zien we de eerste sneeuw liggen

Het allerlaatste stukje met een tandradtrein of funiculare. Wel heel steil.


O, ja en nog anderhalve kilometer met de bus, want we maakten het ons gemakkelijk. 
Bijna voor de deur van onze slaapplaats afgezet.
We slapen in het hotel deel van een tempel met uitzicht op de droge tuin en daar word ik heel blij van.


Minder van de kou in het complex en de kamer. Het is buiten misschien maar een graad of vijf en binnen niet veel meer.
Wel heel blij van het warme en vriendelijke welkom.
Minder van het feit dat we 300 yen moeten betalen voor het gebruik van handdoeken.

Na het inchecken door naar de hoofdtempel/museum. We doen er de rituelen en bekijken het complex.


Daarna door naar het mausoleum waar de stoffelijke resten van Kobo Daishi rusten. Ook hier branden we wierook en kaarsen en zingen we de hartsoetra. Daarna halen we de stempel en de monnik feliciteert ons met het completeren van de pelgrimstocht.


Om bij de rustplaats Van Kukai te komen loop je over een grote begraafplaats.

Dan is het nog een beetje haast maken om voor vijven in een restaurant te zijn want in verband met de winter sluiten die om die tijd.
Dat lukt nog net en we eten heerlijke rijst bij een alleraardigste dame.

Als we buiten staan is het donker.


Onderweg naar het hotel horen we Nederlands praten. Het zijn twee jonge jongens die door Korea, Japan en Taiwan trekken.


We zien er een beetje tegenop om in de ofuro te gaan want het is overal steenkoud. En dan trek je niet zo makkelijk je warme cocon uit. 
Rick gaat als eerste en het is heerlijk. Er staat een kacheltje te loeien en het bad is zo heet dat ie er nauwelijks in kan.
Ik laat het het bij een hete douche.

Nu zitten we lekker bij het oliekacheltje op onze futons.

Met groeten Ton


Wat we vandaag wensten.

Bij het mausoleum.

Dat een ieder die de pelgrimsroute wil gaan lopen een gezonde en inspirerende tijd zal hebben.
Een hand geschreven tekst van de hartsoetra achtergelaten

Geen opmerkingen:

Een reactie posten