donderdag 3 november 2016

Wat vliegt de tijd

Al weer ruim drie weken op pad en hebben we het zuidelijkste punt van de reis bereikt. (Tempel 38) 
We gaan nu via de westkant naar het noorden toe.



Gisteravond tijdens het laatste toilet bezoek zat dit kikkertje op de wastafel.

Ik vind kikkers leuke dieren en dan vooral die boomkikkertjes. Die leuke zuignapjes aan de pootjes en die grote ogen. Ik vind ze aandoenlijk en ze eten insecten. Toiletten zijn dus een geschikte plek want de hele nacht brandt daar verlichting. Ze zaten niet alleen op de wastafel maar ook op het randje van de tegels tegen de muur en op het raam.


Op zich hebben we vannacht goed geslapen maar hebben besloten niet meer buiten te gaan liggen. Het is toch te koud en toch ook wat oncomfortabel. 
De laatste twee dagen zijn de temperaturen gedaald. De zon schijnt fel maar de wind is dun, zou mijn vader zeggen.

Vroeg op pad om weer warm te worden. Het eerste uur met fleecetrui en jas aan. Mooie tocht door het dal richting de zee maar het viel ons wat zwaar. Er leek maar geen eind aan te komen

De minder wandel- rustdag heeft beslist goed gedaan maar deed ons vandaag wel beseffen dat we het aantal kilometers ook wat gaan beperken. Zijn het de jaren die gaan tellen of zijn het de zware rugzakken? Of wellicht het klimmen? Of de Spartaanse nachten? 
In ieder geval hebben we er vandaag nog 32 gedaan maar beiden hadden we er moeite mee.

Zo rond een uur of een waren we weer eens bij de oceaan en dat verveelt nooit.


Kijk en met een zakje heerlijke mandarijnen om op te peuzelen kan je hier toch alleen maar gelukkig van zijn.


Jullie moeten wel over het zandstrand lopen hoor, zei de Duitse pelgrim die we na een dag of vier weer tegen kwamen. Maar dat deden we niet.


Daarentegen liepen we voorbij een soort dorpsfeest.


We werden niet alleen aangeroepen maar we werden gewoon meegetroond en kregen een bakje rijst en soep aangeboden. Er werden een paar kinderen van een bankje weggestuurd zodat wij konden zitten. Heerlijke rijst en ook de soep vonden we lekker maar je ziet het gebeuren: er zaten allerlei soorten schelpdieren in. En dan doe je wat de mensen om je heen ook doen. Gelukkig was dat, dat ze alleen de bouillon dronken en de rest in de afvalbak deponeerden. We hoefden dus niet met onze eetstokjes de miniscule weekdieren uit hun schelpjes te peuteren.


Regelmatig zien we van dit soort ketels waar afval in verbrand wordt. Vooral veel plastic want dat ruiken we vaak.


Op de kaap staat een mooi oud gevarieerd bos. De oude knoestige bomen zijn gevormd door de wind.


En dan is er eindelijk: tempel 38

Het eerste wat we bij binnenkomst zagen was deze anderhalve meter grote schildpad. Een foto speciaal voor jongste zus.


En een breedbeeld van de tempeltuin. Water en stenen.


Na het tempel bezoek op zoek naar een hotel. 
De eerste die we zien gaan we in hoor. Ja tot we de prijs te horen kregen en we snel weer naar buiten liepen.
Dan ga ik wat andere bellen, zei Rick. We installeerden ons op een trapje vlak naast het hotel en Rick draait een nummer. Ik hoor een telefoon rinkelen in het huis achter ons.
Zitten we op de stoep van het youth hostel, dat Rick dus zit te bellen.

En daar verblijven we nu. Twee hele nachten want we nemen een echte rustdag en tutten dan wat op de kaap. 


Met groeten Ton

Wat we vandaag wensten

Tempel 38 Kongofukuji

Betere ouderenzorg
Wij dankten mijn overleden zus die vandaag 64 zou zijn geworden.

1 opmerking:

  1. Ik blijf genieten. We krijgen er steeds meer zin in.
    Chis en Hanny de Vries

    BeantwoordenVerwijderen